dinsdag 26 februari 2008

Veranderend kijkgedrag

In een artikel in NRC Next stond te lezen dat
ruim 40 procent van de huishoudens overgeschakeld is op digitale televisie en één op de twaalf gezinnen heeft volgens Intomart GfK een harddiskrecorder. Maar ondanks de vele themakanalen laten we ons toch vooral leiden door de tien grote massazenders.

Slechts een klein deel van de kijkers met een extra zenderpakket maakt actief gebruik van die themazenders. Eén en ander blijkt uit onderzoek van SKO, KPMG en TNS Nipo. Het lijkt er zelfs op dat ‘video on demand` gaat floppen: “Digitale televisie is helemaal niet zo succesvol als het wordt neergezet”, aldus Coen Jansen van TNS Nipo.

Tegelijkertijd neemt het video kijken via internet wel enorm toe. Met Uitzending Gemist als grote trekker. Eind 2007 trok Uitzending Gemist dagelijks 300.000 kijkers, RTL-gemist.nl zat op 230.000 kijkers per dag. Uit cijfers van PCzapper, een online televisiegids, blijkt dat Uitzending Gemist een aandeel heeft van 29% gevolgd door You Tube met 22%. Samen dus goed voor ruim 50% van het online videokijken. De top 10 is volgens PC zapper als volgt:
1. Omroep.nl 29%
2. YouTube.com 22%
3. Video.Google.com 14%
4. YouPorn.com 8%
5. RTL.nl 5%
6. SBS6 / Veronica / Net5 3%
7. Metacafe.com 2%
8. Stage6.com 1%
9. Bron onbekend 1%
10. 600 verschillende bronnen 15%

Uitgesteld kijken in combinatie met YouTube-achtige portals winnen aan populariteit terwijl digitale televisie met alle toeters en bellen dus maar langzaam van de grond komt. Digitale televisie heeft het kijkgedrag tot nu toe dus nauwelijks veranderd. Dat concludeert ook Geert-Jan van der Snoek, hoofd telecompraktijk van adviesbureau KPMG, die samen met Coen Janssen van TNS Nipo binnenkort een onderzoek naar digitale tv publiceert. „Digitale televisie is helemaal niet zo succesvol als het wordt neergezet”, zegt hij. TNS Nipo ondervroeg duizend huishoudens en praatte met bestuurders uit de branche. Uit het onderzoek blijkt dat de meeste gebruikers geen interesse hebben in de nieuwe mogelijkheden van digitale tv. Van der Snoek: „Digitale tv is pas een succes als je niet alleen een abonnement hebt, maar het ook gebruikt omdat het beter is of meer biedt. Dat is totaal niet het geval.” (via Onderzoek.nl)

Mobiel internet groeide 30% in 2007 (maar nog te weinig volume om advertenties rendabel te krijgen)

Het gebruik van mobiel internet groeide vorig jaar met 30 procent. Het zal echter tot 2010 duren voordat internetten via de mobiele telefoon gemeengoed wordt. Dat blijkt uit een terugblik op 2007 door branchevereniging Open Mobiel Internet en uit 2 onderzoeken van het Ministerie van Ecomonische Zaken.
Afgelopen jaar brachten de meeste mobiele telecomaanbieders abonnementen op de markt waarmee consumenten voor een vast bedrag per maand onbeperkt konden surfen en mailen. Zo'n abonnement kost ongeveer tien euro per maand en kan gebruikt worden in combinatie met toestellen die Umts ondersteunen. Volgens GfK wisselen Nederlanders gemiddeld iedere 3 jaar van toestel. De acceptatie van mobiel internet gaat derhalve gestaag. Daar komt bij dat 50 procent van de Nederlanders een prepaid-account heeft, dus ook geen flat fee internetabonnement. Ook dat vertraagt de algemene acceptatie. De populairste onderwerpen op mobiele websites zijn Nieuws, Weer, Verkeer en Sport.
Maurice Pothof, tot voor kort lid van het management team van Google Nederland en nu mede-eigenaar van Netsociety.nl, zegt over mobiele adverteren: "Het is lastig om mobiel internet met adverenties rendabel te krijgen. Er is nog te weinig volume qua gebruikers om het bedrijfsmodel sluitend te krijgen."
Paul Brackel van het OMI schat in dat rond het jaar 2010 een kwart van de Nederlanders een toestel heeft dat geschikt is voor mobiel internet. Nu is dat ongeveer de helft. Dat blijkt uit ook onderzoeken die het Ministerie van Economische Zaken afgelopen maanden uit liet voeren. Het ministerie meldt in een persbericht: "Maar 10 procent van de Nederlanders zegt eens per maand of vaker met een mobiel toestel te internetten. Een kwart van de ondervraagden is ook negatief over de traagheid en de kosten. In 2010 kan de helft van de jongeren internetten op een mobiel toestel. Mobiel televisie kijken staat amper op het verlanglijstje van Nederlandse consumenten. Volgens een onderzoek van Motivaction acht 12 procent van de ondervraagden het waarschijnlijk dat ze 06-televisie zullen kopen als het 'schappelijk geprijsd' is (via Emerce).

Het belang van SEO

Een belangrijke zoekmachine-ontwikkeling is dat zoekresultatenpagina’s steeds vaker afbeeldingen, video’s, nieuwsartikelen of maps (kaarten) uit de verticale zoekmachines (zoals news.google.com) en andere websites bevatten (Universal Search). Een zoekopdracht voor de keywords ‘Boer zoekt vrouw’ levert bijvoorbeeld in google.com een resultatenpagina op die twee video’s van de serie bevat.

De nieuwe manier van samenstellen van zoekresultaten heeft tot gevolg dat de wijze waarop een website goede posities krijgt in de zoekmachine verandert. Waren de primaire bronnen voor de zoekresultaatgegevens van de zoekmachine ‘vroeger’ alleen de pagina’s van de website zelf, tegenwoordig zijn er voor elk type content in de gemengde zoekresultaten eigen, apart te optimaliseren bronnen. Denk hierbij aan de verticale zoekmachines van Google en diensten als Youtube en Flickr. Om goed vertegenwoordigd te zijn binnen de gemengde zoekresultaten, zal een website zich op al deze nieuwe bronnen moeten richten en daarop moeten optimaliseren.
Vooral nu Google steeds meer gemengde resultaten laat zien, wordt het belang van het optimaliseren op deze bronnen steeds groter.

Dit vraagt dus om een bredere aanpak van SEO (Organic Search) dan alleen het optimaliseren van de pagina’s, structuur en tekst van een website. Concrete typen content die van belang zijn voor het optimaliseren op gemengde zoekresultaten zijn:
videos, persberichten, nieuwsartikelen, afbeeldingen, blogs, feeds en podcasts.
Het optimaliseren van verschillende soorten content is niet alleen belangrijk om bezoek vanuit de gemengde zoekresultaten te halen. Het kan ook zorgen voor veel direct verkeer vanuit de verticale zoekmachines, de social media websites en communities waar de content gedeeld en gepromoot wordt.

Ook social media websites met hun communities zullen een steeds crucialere rol gaan spelen. Op het moment dat binnen communities bepaalde media content veel gedeeld wordt en positief beoordeeld wordt, zullen verticale zoekmachines deze content als relevant en belangrijk gaan beschouwen en opnemen in hun index. Dit kan er dan weer toe leiden dat het uiteindelijk terecht komt in de gemengde zoekresultaten, aangezien die putten uit de uitkomsten van verticale zoekmachines. Een greep uit de social media websites die genoemd werden: Youtube, Flickr, Digg, Technorati, Del.ici.ous en Facebook. Het is voor bedrijven belangrijk zich te richten op de toonaangevende sites voor hun specifieke sector of content (via Marketingfacts).